Wednesday, January 12, 2005

Woensdag 12 januari - de wet van Murphy

Woensdag 12 januari

Austin biedt plaats aan de grootste stedelijke vleermuiskolonie van heel Noord Amerika. Van maart tot oktober kiezen elke dag honderdduizenden Mexicaanse vleermuizen het luchtruim om zich te buiten te gaan aan onschuldige insecten. Batman zou zich hier best thuisvoelen.

Niet alleen de vleermuizen komen s’nachts hun donkere holen uit. Ook mijn (vleer)huisgenoten houden er een eigenaardig dag en nachtritme op na. Ik begon me inmiddels af te vragen waarom het zo rustig was gedurende de daguren. De de verklaring ligt in het feit dat rond een uur of zeven (s’avonds wel te verstaan) er wat leven in het huis komt. Dit uit zich in hard gelach, gekrijs, keiharde muziek en gevloek.
Dit gaat zo door tot het uur dat de zon haar manen boven de met squirrels gevulde boomtoppen uitsteekt. Dan keert de rust weder in blok 1A van 21st street.

Concreet betekent dit dat ik vannacht zo’n 2 uur geslapen heb. Van 5 tot 7 uur. Om 7 uur ging de wekker want Marie M. had beloofd dat er vanaf 8 uur ingetekend zou kunnen worden voor vakken. Inmiddels heb ik toegegeven aan het feit dat ik stelselmatig geslachtofferd wordt door de wet van Murphy. Alles wat fout kan gaan gaat fout. Nevermind, elke rimpel kan ook weer gladgestreken worden. Om half 9 kan ik me eindelijk inschrijven voor de vakken. Criminal Law gaat vlekkeloos, Capital Punishment zit helaas vol en voor de inschrijving voor Policy on Crime ben ik afhankelijk van de assistent van prof. Deitch. Een fijn begin van de ochtend. Dat is één ding dat zeker is.
Over de speakers van de computer klinkt zachtjes Frank Sinatra’s -For once in my life- I won't let sorrow hurt me-
Om 11 uur afgesproken met Maart en Rogier op de parkinglot vlakbij onze huizen. (http://www.collegehouses.coop/)Het is inmiddels standaard dat dat wat later wordt, dus ik ben ook niet verbaasd als Maartje belt met de mededeling dat Rogier nog zit te eten. Maar even langs Laurel dus.
Vanaf Laurel lopen we over Guadalupe naar de bushalte. Het is één van de vele vertrekpunten voor de gratis universiteitsbussen. Na een ritje van 5 minuten komen we aan bij de Faculty of Law in Town Hall.
Op zoek naar professor Owen van Capital Punishment. Hij blijkt niet in zijn kantoor te zijn maar volgens zijn buurvrouw is hij niet al te lang weg. We besluiten te wachten in de lounge van het gebouw. Hier staan overigens een paar briljante frisdrankautomaten. Via een ingenieus systeem van liftjes en loopbanden komt het flesje uiteindelijk in je handen terecht. Betalen met groene briefjes is geen probleem. De automaten slikken alles.
Een uurtje later treffen we professor Owen inderdaad aan in zijn kantoor (chaos, dat is de beste omschrijving voor de staat waarin zijn kamer verkeerd). Owen is (alweer) een sympathieke man die een good chance ziet dat hij me nog op de lijst voor Capital Punishment kan plaatsen.
We lunchen bij Kerbey Lane Café (http://www.kerbeylanecafe.com/). Eerlijk, gezond kwaliteitsvoedsel, en studenttechnisch goed aan de prijs. Ook nog een nieuw woordje geleerd van de twee Amerikaanse AlpaDeltaApplePhi dames achter ons die we gedurende hun hele conversatie en ons middagmaal letterlijk kunnen volgen; Ginormous (gigantic en enormous)
Wanneer ik thuiskom krijg ik via gmail (www.gmail.com) een mailtje van professor Owen, ik mag me inschrijven voor zijn vak.
Op dit moment is het hier 19:38. het is erg rustig weer in huis. Mogelijk de stilte voor eventuele storm van vannacht.
Het blijft een opgave om contact te leggen met de mensen hier op de verdieping. Ik ken inmiddels al meer mensen van het Laurel huis dan dat ik mensen hier uit mijn “eigen” huis ken. De buurvrouw van een kamer verderop (laten we haar maar F noemen) is op alle fronten onnavolgbaar. Ons laatste gesprek dateert alweer van twee dagen geleden. Nou ja, een gesprek. F. praat ontzettend gehaast en onsamenhangend. De dialoog kan bij haar elk moment in een gestamelde monoloog veranderen, een monoloog die voornamelijk tegen haarzelf gericht is. Ik knik dan maar begrijpend ja of nee, maar echt in de gaten heeft ze het allemaal niet. Ze is verslaafd aan tekenfilms van cartoonnetwork (helaas zenden die hier de hele nacht uit) Ik vind, en ik niet alleen, dat ze lijkt op de dame met de blote voeten, en niet alleen qua uiterlijk... De dame met de blote voeten is regelmatig te vinden op het plein voor het centraal station in Leiden. F. heeft er ontzettend veel van weg, ze ziet er verre van gezond uit. Verder is ze volgens mij wel aardig.
Mijn andere ganggenoot is O. O. is een dikke verwende Amerikaanse jongen die ik verre van sympathiek vind. Z’n dagindeling bestaat uit slapen en bellen. Hij praat gelukkig heel duidelijk als hij aan het bellen is. Zodoende ben ik op de hoogte van z’n hele levensloop en levensvisie. Hij schept er bijvoorbeeld een groot genoegen in om over religie te discussiëren. En weet je wat zo leuk is: de ene keer doet ie dan net of ie een christen is en de andere keer doet ie net of ie atheïst is. En “oh boy, that’s so much fun”. De enige woorden die hij met mij wisselt zijn er vier: “how are you doing”, ik heb nog geen kans gekregen om antwoord te geven.
Ik kap er mee voor vandaag. Ik ga slapen. Ben het zat.